vrijdag 9 juli 2010

een verboden dag in de Efteling

Het mocht helemaal niet, wat ik nu aan het doen ben.
'wat gaan we met de klas voor leuks doen?', vroeg ik mijn mentorklas.
'de Efteling!!!', riep men in koor. Goed. Ik regel dat, want met een groep schoolkinderen is het lekker goedkoop en de leerlingen hebben een leuk samen zijn nodig. Nu ik dit schrijf, bedenk ik me dat dit ook de perfecte dag is voor pesterijen, misverstanden en andere dingen die slecht kunnen zijn voor de sfeer van een klas, maar de opzet is positief.
In mijn enthousiasme vertel ik het mijn collega en afdelingsleider.
'Dat kan helemaal niet', is zijn reactie. 'We hebben op school afgesproken om ouders niet op extra kosten te jagen.'
Dit communiceer ik aan de klas.
'Dan regelen we het gewoon zelf.' was hun reactie. We hadden een feestcommissie voor picnic, paasontbijt en dergelijken. Mijn rol werd gereduceerd tot begeleider. Vervoer moesten ze zelf regelen en dat was het. Ik zat er over in de rats. Heeft iedereen vervoer en hoe hard zullen de ouders zeggen dat het prut geregeld is. Dat klopt namelijk. Het mag officieel niet.
Uiteindelijk zijn we er. 9 juli 2010. Om 10.00 uur hebben we afgesproken bij de ingang. De leerlingen wachten geduldig. Het is druk bij de ingang en het gaat langzaam. De leerlingen beginnen te zeuren dat het lang duurt. En dat klopt.
Eenmaal binnen trekt iedereen zijn of haar eigen plan. De klas valt uiteen in de groepen die ik gewend ben uit de klas. Er zijn twee of drie meisjes groepen en een groepje jongens. De rest van de dag zie ik sommigen niet meer terug. Ik mag meelopen met de meest rustige leerlingen van de klas die het ook nog leuk lijken te vinden dat ik met hen meeloop.
Om goed wakker te worden, beginnen we met het schommelschip. Deze attractie is jaren geleden al verkozen tot meest enge attractie van het park. Die achtbanen doen me niet zo veel, zeker niet sinds ik motorrij. Ooit een motorrijder met zulke beugels over zijn schouders gezien trouwens? Op een verkreukelde BMW C1 na dan. Het is wel even nodig. Veel heb ik die nacht niet geslapen, dus even goed wakker worden kan geen kwaad. Daarna slenteren we het park door. Langs de pyranja, die goed bevalt met het weer van vandaag: 31 graden. Hmmm. Heerlijk.
Nog iets wat verboden is: ik loop in mijn korte broek en op slippers bij mijn leerlingen in de rol van docent. Laat ze dat op school niet horen, dan krijg ik met terugwerkende kracht billenkoek. Maar met dit weer ga ik niet buiten lopen in een gekunsteld setje, omdat leerlingen onthouden moeten worden van mijn bovengemiddeld gespierde kuiten en harige eelterige voeten met de wonden van blaren van het skeeleren daarop. Goed verhaal dit. Lekker fris.
We verzamelen even voor de lunch, maar sommige groepen staan in lange rijen. Die zie ik dus niet. De lunch duurt kort. De leerlingen genieten even van de rust en het samenzijn, maar vrij vlot daarna willen de eersten alweer aan het werk in het park. Ze willen weer de Bobslee in. Dit is voor mij het teken om het beste moment van de dag te beleven: even alleen door het sprookjesbos. Ik dacht dat je dat wel even zou doen in de tijd van de rij van de Bobslee plus ride. Eenmaal de eerste sprookjesbabe, Doornroosje, aangekomen, wist ik dat dit even ging duren. Dit is gewoon ‘the works’!
Met het sprookjesbos onderscheid de Efteling zich van elk ader pretpark in Nederland, Europa en misschien wel van de hele wereld. Het gaat helemaal niet om de achtbanen. Die kan je ook op een industrieterrein in de Flevopolder, in de buurt van Biddinghuizen, neerzetten. Het is de magie van het bos waarin de Efteling ontstaan is. Overal klinken muziekjes, maar goede muziekjes, geen dreunende beats. Tenzij het noodzakelijk is voor de sfeer. De Efteling draait nog steeds om het sprookjesbos. De verwondering van haar bezoekers is prachtig. Overal zie je elke keer wat anders. Als dat niet zo is, dan heb je nostalgische gevoelens die je overmeesteren. Je bedenkt je hoe het voor jou de eerste keer was dat je met je ouders in het sprookjesbos was. Hoe je hebt gekrijst bij Langnek. Ik zie mijn vader al voor me, die met mij in de buggy aan komt lopen. Hoe hoger dat hoofd van Langnek ging, des te harder huilde ik. Wat is er dan leuker om daarmee te spelen? Je zoontje gebruiken als sirene die jij kunt sturen door de buggy richting die pop te sturen, of er juist van af. Je kunt jezelf er gemakkelijk een half uurtje mee zoet houden. Totdat de passagier van de buggy uitgeput is van het krijsen op zoveel verschillende toonhoogten met dat volume. Desondanks zie ik het ook al voor me hoe mijn pa als opa van mijn kinderen de grootste lol heeft met ze als hij ze mee neemt. Ik kinderen? Ik weet van niets.
Ik geniet ruim een uur van de magie van het sprookjesbos. Ik vraag aan die kerel tussen die twee torens met zijn mat: ‘Hee, kom je vaak hier?’ (fakir). Ik herken Paul de Leeuw in het praatje dat voor het dansje van de Indische waterlelies zit en luister even naar twee pratende bomen. Heerlijk. Het kan gewoon in het sprookjesbos. Ik moest maar eens op zoek naar mijn leerlingen.
Die leerlingen hangen ergens rond. Ik vind ze en ga vogelrok en Carnaval Festival in. Weg rijen. Niets te herkennen van drukte. In de tussentijd heb ik wel trek gekregen en de hele dag al een enorme behoefte aan koffie. We lopen langs een poffertjestent en dit wordt het absolute hoogtepunt van de dag. Ik vraag of ze lactosevrije poffertjes maken. En jawel! Geen gluten, geen lactose! De bom. Doe mij die maar! Met een bak koffie. Met 30 graden. Ik word er heel blij van. De dames gaan in de droomvlucht en ik zit daar heerlijk te ontspannen en het begin van dit verhaal te typen. Ik bedenk me de taktiek voor de Efteling. De hele dag heb je om sfeer te proeven. Ga op een grasveld picnicken, op een terras zitten, slenter door het sprookjesbos en het land van Laaf. Doe alle rustige dingen eerst. Zo rond een uur of vijf ga je eens wat wilde dingen opzoeken: pythontje hier, vogelrokje daar, pyranja zus en Vliegende Hollander zo. Geen rijen en gaan. Wat een park is dit! Ik ga zeker niet weer 7 jaar wachter voor ik er weer naartoe ga. Die prijs boeit niet. Wat een dag maak je mee.
1 punt van kritiek: ik heb geen idee hoe de klas het gevonden heeft. Het is een belabberd klassenuitje. Totaal geen groepsvormende praktijk.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten